Rosemary’s Sons had begin 2000 alles mee: Een charismatische zanger, ferme liedjes en een stevig platencontract. Na drie prima albums was het klaar. De trots uit Breda zweeg. Maar de band is terug. Frontman Martijn Hagens is nog altijd behept met die heerlijke hese stem en de songs om het nieuwe werkstuk Take The Day, Own The Night zijn messcherp. Tijd om naar Breda af te reizen om Hagens drummer/componist Bart Herber en te spreken.
Door: Jean-Paul Heck en foto’s: Frank Poppelaars/Dré Galiart
Natuurlijk ontmoet Soundz de heren in hartje Breda. Het is nog altijd de basis voor de bandleden van Rosemary’s Sons. Hagens is in die jaren niet veel veranderd. Als directeur van Vattefall is hij een bekend gezicht als het in de media over energie gerelateerde zaken gaat. Drummer Bart Herber runt het succesvolle marketingbedrijf Studio Baat. Kortom, er zitten puur artistieke motieven achter de terugkeer van Rosemary’s Sons. In de huidige bezetting zit ook bassist Ad van Helteren die wel op de nieuwe plaat speelt maar live niet meer van de partij is.
Veel muziekliefhebbers moesten toch even slikken toen in 2002 het debuut All-in Hand verscheen. Rootsrock was mede door het succes van Ilse DeLange erg populair maar Rosemary’s Sons kropen nog dichter naar de bron. Met de single Fall From Grace werd de aandacht getrokken en met labelgenoot Ilse Delange nam de band het fijne duet Shine op. Alles ging crescendo, totdat in 2004 bij Warner grote schoonmaak werd gehouden met de West-Brabantse band als één van de slachtoffers. De heren lieten zich niet uit het veld slaan en opvolger St Eleanors Park dat in 2005 verscheen, hoort tot de beste rootsrockplaten die ooit in Nederland werd uitgebracht.
Er volgende nog een derde plaat maar toen was het klaar. Maar zie hier 2023 is het comeback jaar van de band. Hagens: ‘Het is niet geboren uit een ambitie, anders dan gewoon lekker muziek maken. Voor de coronaperiode broeide er wel wat. Er werden ideeën uitgewisseld maar toen kwamen al die lockdowns. Toevallig zijn en ik buren. We wonen echt naast elkaar. Samen met Ad zijn we daarmee aan de slag gegaan. Uiteindelijk hadden we zoveel liedjes, dat we moesten gaan schrappen. Vroeger moesten we juist keihard werken om een plaat vol te krijgen. We hadden twee platen kunnen maken.’
Destijds lag de wereld voor Rosemary’s Sons open. De band had bij Warner Music getekend en mede-Brabander Oscar Holleman (Krezip, Kovacs) wierp zich op als producer. Hagens: ‘ Menno Timmerman was destijds de man die ons ontdekte. ‘ Eind jaren ’90 kregen veel Nederlandse jonge bands een kans. Totdat bij veel labels de bezem er doorheen ging. ‘ Warner was erg succesvol met Ilse DeLange en Krezip en hadden geld om te investeren. Naast ons werd destijds ook Novastar getekend. Maar na één plaat vond Warner het genoeg.’, aldus Herber.
Hij gaat verder: ‘ Zowel wij als de band Wyatt konden niet verder. Ze (Warner Music) hebben destijds nog wel de opnames voor onze tweede plaat betaald maar dat was het wel.’ Volgens Hagens was het een beetje een rare tijd. ‘We werden overal enorm gepromoot. Ik had zelfs het idee dat we echt binnen werden getrapt en dat werkte soms ook in ons nadeel. Daarna zat er tussen de eerste en tweede plaat ook teveel tijd.’ De bandleden waren destijds allemaal semi-professionals.
Herber: ‘ De lange weekenden waren om te spelen maar hadden ook gewoon allemaal een baan en een gezin. Dat is ook de reden waarom de opvolger van ons debuut zolang op zich liet wachten. Daarnaast was producer Oscar heel scherp en gepassioneerd. Dan kwamen we binnen met een demo en dan riep hij: ‘ what the fuck hebben jullie nu weer gedaan? ‘ Hagens gaat verder: ‘ Hij zei ooit tegen ons: ‘ Ik heb alles kapot gemaakt waar jullie band voor stond.’ Dat was wel een historisch moment.’
Uiteindelijk maakte de Sons in die jaren drie prima platen en speelde de band op elke mogelijke plek in Nederland. ‘ We hebben zelfs in Carre gespeeld en ook een paar keer op het Lowlands Festival. Uiteindelijk was de koek toch op. Zeker toen het succes wat terugliep. Toen hebben we besloten om een sabbatical te nemen.’ En die sabbatical duurde uiteindelijk twaalf jaar. Wel bleven de heren met elkaar in contact. Ook met origineel bandlid Maarten van Damme die sinds een aantal jaren de bassist en gitarist van Racoon is.
Hij is overigens wel van de partij op het nieuwe album, al is Joris Kuijs tegenwoordig de vaste gitarist en Julien Verveer de bassist. Hagens: ‘ Maarten heeft een aantal solo’s gespeeld. Thomas (Thomas Lina) speelt overigens niet mee op het album. Dat nam onze producer Joost van den Broek (Epica, Ayreon, Navarone) voor zijn rekening.’ Volgens Hagens en Herber zijn ze nooit helemaal gestopt met muziek maken. Herber: ‘ Ik ben van origine ook pianist dus kon altijd wel songs blijven componeren.
Dat heb ik ook gedaan. En Martijn deed hetzelfde. Die pakte gewoon de akoestische gitaar en ging aan de slag.’ Samen met Verveer en Kuijs bestaat Rosemary’s Sons nu uit een mengeling van jong en middelbaar zeg maar. ‘Joris is een leerling van Maarten en hij snapt heel goed waar onze soort muziek vandaan komt. Hij kan bijvoorbeeld gewoon pedalsteel-gitaar spelen en dat is in Nederland niet zo evident. En we hebben een toetsenist die bezig is met het behalen van zijn masterdiploma op Hammond. Dat kom je ook niet vaak tegen.’, aldus de drummer.
Volgens Hagens is de sfeer met de toevoeging van deze jonge professionals wel anders dan in het begin van Rosemary’s Sons. ‘ Wij waren gewoon een vriendengroep van vrije geesten die lekker muziek met elkaar wilden maken. Maar bij deze mannen is het wel even wat anders. Die komen perfect voorbereid naar een repetitie. Daarnaast weten zij perfect hoe destijds Maarten en Ad speelden en dat is echt goud.’ De twaalf jaar pauze heeft de sound van Rosemary’s Sons geen geweld aangedaan.
De stem van Hagens heeft zelfs aan kracht en diepte gewonnen en dit vierde album kent geen zwakke plekken. Hagens: ‘ Het was in eerste instantie helemaal niet de bedoeling om een hele plaat te maken. Maar we bleven maar doorschrijven, waarna we demo’s op zijn gaan nemen. Er was even een korte discussie of we het wel onder de oude naam moesten uitbrengen maar die verstomde snel.’ Dat de heren ondanks hun drukke banen tijd voor Rosemary’s Sons blijven maken, is evident.
Herber” ‘ Je hebt ook mensen die meerdere keren per week trainen om een marathon te lopen. Ik heb een eigen bedrijf maar ik kan wel mijn eigen agenda bepalen. En aangezien we dit album in eigen beheer uitbrengen, gaat daar best veel tijd in zitten.’ Tekstueel is de band gerijpt. Er wordt teruggekeken maar ook vooruitgeblikt.
Hagens: ‘ Voor ons is het ook belangrijk dat het muziek is die je graag in de auto op zet. Bij een song als The Ride zijn we daar volgens mij vrij goed in geslaagd. Het past ook wel bij ons. We zijn allemaal veel relaxter geworden en hebben het hele proces ook veel bewuster meegemaakt.’ En natuurlijk waren er discussies. Herber: ‘ We hadden toch 24 nummers opgenomen en dan sneuvelen er een paar. Dat blijft natuurlijk altijd een dingetje.’ De rol van topproducer Van den Broek was ook van belang.
‘Hij is zo vreselijk goed en werkt in een geweldige studio in Rijen (Sandlane Studio’s). Het is Joost gelukt om onze sound perfect weg te zetten.’ Wat nu rest zijn de liveoptredens. Hagens: ‘ Toen we destijds stopten was dat zo jammer. De band speelde geweldig maar die derde plaat scoorde gewoon niet. We vonden de balans niet meer. Maar we kijken nu erg uit naar de komende periode. We hebben een hele fijne bezetting en we kunnen niet wachten om al die nieuwe songs live te spelen.’
Take The Day, Own The Night van Rosemary’s Sons is nu uit.
De band geeft de volgende optredens:
- 3 juni – Zevenpop, Zevenbergen
- 9 juni – Volt, Sittard
- 30 juni – De Schuur, Zevenbergen
- 25 november – De Cactus, Hengelo
